Tony wilde zo graag leven en ze bleef altijd lichtpuntjes zien. Maar nu was haar lichaam op. Ze wist dat er geen kans meer was dat ze hier nog bovenop zou komen.
Er volgde een periode van afscheid. Vrienden en familie kwamen langs in het ziekenhuis, want naar huis gaan lukte niet meer. Haar gezin zat rond het bed en samen hadden ze er vrede mee dat dit het einde was. Langer rekken zou alleen maar meer pijn betekenen.
De avond dat ze in slaap gebracht zou worden was ze bang.
Vroeger, als de kinderen niet konden slapen, of bang in het donker waren dan zei ze: ‘Denk aan je leukste dag, waar ben je?” Vaak vielen ze daarna rustig in slaap.
Nu zei haar man tegen haar: “Wat is jouw meest ideale dag? Wanneer ben je het gelukkigst?”
Ze dacht aan een mooie dag om naar buiten te gaan met haar hond Saar. Het park in, wandelend naar de vijver, genietend van de rust en de geluiden van vogels.
Zo sliep ze rustig in…
Op de dag van de uitvaart las ik dit gedicht:
Ik ontmoet je in de stilte van mijn hart
In een vogel op een tak
In dauw op het gras
Ik ontmoet je,
Zomaar tijdens het lopen
Voor de schoonheid van gewoon
doe jij mijn ogen open.
Ik ontmoet je
en ik lach.
Dag Tony
Dag
Wat een mooi gedicht ........ ik word er stil van.